Aardappeloogst NEPG minimaal 20% lager

De totale consumptieaardappeloogst in Nederland, België, Duitsland en Frankrijk tezamen wordt op zijn minst 20% lager ingeschat dan vorig jaar. De aardappeloogst zal ruim onder de 20 miljoen ton bruto uitkomen. Deze schatting wordt gemaakt door de NEPG. 

Grote variaties aardappeloogst

De geschatte oogst is alleen gebaseerd op continentaal Europa. Voor Groot-Brittannië komen de eindresultaten pas tegen het einde van dit jaar. Daar is de oogst nog volop aan de gang. In alle grote vier aardappellanden is er een enorme variatie tussen beregende en niet-beregende velden. Maar ook tussen rassen, gebieden en locaties zien we grote verschillen. Proefrooiingen laten opbrengsten zien tussen 18 en 80 ton per hectare.

De gemiddelde opbrengst in de vier landen is 13,1% lager dan het gemiddelde van de laatste 5 jaar. Het areaal voor de 5 landen steeg dit jaar met 1% naar 595.587 hectare.

Vooral België heeft een lagere opbrengst

In België is de werkelijke schatting 38,1 ton per hectare. Dit is een daling van 29% ten opzichte van vorig seizoen en 24% ten opzichte van  het 5-jarig gemiddelde. Niet alleen het ras Bintje presteerde minder. Ook de meer gangbare verwerkingsrassen geven lagere opbrengsten te zien. Het is belangrijk op te merken dat niet meer dan 3% van het totale Belgische aardappelareaal wordt beregend. De andere landen rapporteren 14 tot 20% minder opbrengsten.

Kwaliteitsproblemen

Niet alleen het totale volume is lager, maar ook de knollen zijn kleiner. Belangrijkste kwaliteitsprobleem dit jaar is doorwas met als gevolg, lage drogestofgehaltes, drijvers, glazige aardappelen en glaskoppen. Deze problemen komen vooral voor bij het ras Bintje. Andere belangrijke frites- en tafelrassen vertonen vergelijkbare problemen, alleen in mindere mate. Deze kwaliteitsproblemen brengen nadelige gevolgen met zich mee voor zowel telers, handelaren als verwerkers. Dit uit zich in de vorm van extra kosten voor het sorteren, wassen, uitzouten, etc. Hier vloeien hogere tarra en lagere rendementen in de verwerking uit voort. De NEPG schat in dat de uiteindelijke totale netto opbrengst, geschikt voor verwerking en de verse tafelaardappelmarkt, extreem laag is. Waarschijnlijk de laagste in de afgelopen 10 jaar.

Prijsverwachting hoog

De vraag van de verwerkende industrie is sinds 2012 met is toegenomen. Met een dergelijke lage aardappeloogst is het duidelijk dat de huidige vrije prijs op een hoog niveau ligt. De verwachting is dat deze vrijemarktprijzen op een hoog niveau blijven. De NEPG zal aan het eind van dit jaar de laatste oogstcijfers inclusief Groot-Brittannië publiceren.

Volop uitdagingen in seizoen 2019

Het seizoen 2019 lijkt een seizoen te worden met volop nieuwe uitdagingen. Er worden grote vraagtekens gezet omtrent voldoende beschikbaarheid van pootgoed. Insiders beweren dat de beschikbaarheid van pootgoed naar verwachting marginaal zal zijn. Voor de  zeer vroege rassen verwacht men zelfs een tekort. België zal weer minder Bintjes gaan telen en hebben daarom meer andere rassen nodig. Omdat men snel aan de vroege rassen zal moeten beginnen, zal het verwerkingsseizoen wel eens 13 maanden kunnen gaan duren.

Daarnaast blijft de droogte van afgelopen seizoen ons nog wel even achtervolgen. Waterschappen melden dat we in Nederland de eerstkomende maanden 600 tot 700 mm regen nodig hebben om het grondwater weer enigszins op peil te krijgen. Beperkingen met betrekking tot beregening kunnen weer opgelegd gaan worden. Daarnaast melden weerstations dat het niet onwaarschijnlijk is dat komend seizoen weer droog en heet kan zijn.

Verder wordt binnen de NEPG opgemerkt dat er steeds meer beperkingen opgelegd aan gewasbeschermingsmiddelen. Dit leidt tot hogere kosten en risico’s voor de teler.

Alles bij elkaar betekent dit, dat men de telers dan niet met een verhoging van 1 eurocent op de contractprijs van de hoofdoogst afschepen. Hierbij speelt eveneens mee dat telers naar verwachting minder tonnen per hectare op contract gaan vastleggen. Vooral telers in België hebben hiermee veel leergeld betaald in het afgelopen jaar. De eerste indicaties van de contractprijzen voor vroege rassen voorspellen een aanzienlijke stijging. In Duitsland gaan de geruchten dat de prijzen voor de vroege rassen met circa 3 eurocent per kilogram omhoog gaan.

Echter, de regie is in handen van de verwerkers! Zij hebben het pootgoed!